Allemachtig wat ‘n weken… Ik reis door diepe donkere plekken in mezelf waarvan ik òf dacht dat ik er al vrede mee had gesloten (oude patronen van minderwaardigheidsgevoelens die opnieuw opspelen, ouch), òf niet wist dat ze zich in me bevonden.
Het doet een groot beroep op m’n vertrouwen. Vertrouwen dat dit de weg is. Vertrouwen dat ‘ik leer het ook nooit’ niet waar is. Vertrouwen dat de kern van de zaak geen donkerte, moeite en minderwaardigheid is, maar licht, moeiteloosheid en liefde (hoe zweverig dit ook moge klinken voor sommigen, inclusief voor die ‘strenge stem’ in mijzelf).
Ik praat erover ~ soms. Ik kruip weg ~ soms. Ik voel, ik huil. Ik shake, ik dans. En steeds weer kom ik boven, voel ik hoe waardevol ik ben, hoeveel schoonheid er ligt in mij en ja, ook in die ‘donkerte’. Hele familiepatronen, generaties lange minderwaardigheid en ‘ik ben niet goed genoeg’, eindigen hier. In mij.
En wie weet, niet alleen mijn familiepatronen. Wie weet voor hoevelen ik dit door me heen laat razen. Dit is een tijd van diepe verbinding, waarin de ene golf in de zee pijn kan wegspoelen voor een andere golf.
Het besef dat dit groter, veel groter is dan alleen mijn ‘ikje’, helpt me enorm om er JA tegen te zeggen. JA ik stel me open. JA ik wil helen. JA ik ben al heel, maar was in de war. JA ik heb vertrouwen. JA.
Kom maar door, donkerte. Ik ben bereid, meer dan ooit.